De aanzet, moeilijkheidsgraden of levels in de uitdaging “de aanzet”.
Deze uitdaging is een verdieping van de 1ste opdracht, over de aanzet.
Opzet is meer tijd te spenderen rond eenzelfde opdracht. En om “levels” of moeilijkheidsgraden in het onderwerp zelf en in de graad van uitwerking ervan aan te brengen.
Waarde:
- Tekeningen kunnen maken die in complexiteit en in juistheid groeien.
- Een goede ondertekening vormt de basis om stijlvolle tekeningen uit te kunnen uitvoeren.
Ik lijst hieronder enkele gedachten op die een begin vormen om na te denken over levels binnen de opdrachten. Aan de hand van dit lijstje kan u zelf beter bepalen of de moeilijkheidsgraad van uw vorige tekening rond deze uitdaging best hoger was geweest, of gelijk aan, of kleiner.
1. Moeilijkheidsgraad die schuilt in het onderwerp van de tekening zelf.
Er zijn moeilijker en gemakkelijker onderwerpen om te tekenen. Volgende aandachtspunten helpen bij het bepalen van de moeilijkheidsgraad van uw onderwerp voor een tekening.
Een korte en gebalde vorm is over het algemeen eenvoudiger te tekenen dan een lange en uitgerekte vorm.
Een onderwerp kan kort en gebald zijn, de hoogte en breedte verschillen dan niet teveel van elkaar en deze bestaat uit 1 stuk (bijvoorbeeld een buste). Of het onderwerp kan uit lange en ver uit elkaar liggende delen bestaan (bijvoorbeeld meerdere ledematen hebben, zoals een menselijk lichaam). Tussen de lengte en de breedte zal er dan meestal een groot verschil bestaan.
De belichting van de vorm. Een vorm die duidelijke schaduwvlakken heeft, is gemakkelijker te tekenen dan een vorm zonder schaduw. Met duidelijke schaduwvlakken (zoals bijvoorbeeld in de zogenaamde Rembrandtbelichting voor portret) zal de grote vorm in stukken worden gedeeld door de schaduwvlakken. Bij vormen zonder schaduwen zijn deze opdelingen er niet en zijn we enkel op de contouren aangewezen om de vorm juist te tekenen.
Perspectivische vervorming en vervreemding.
Een onderwerp dat we vanuit een normale perspectiefstand waarnemen, is eenvoudiger te tekenen dan deze in de verkorte vorm.
De stand t.o.v. het onderwerp kan ervoor zorgen dat verhoudingen extreem gaan wijzigen
(Bv. een hoofd in kikvorsperspectief: alle verhoudingen veranderen, de bovenzijde van het oor kan op dezelfde hoogte komen als de onderkant van de neus.)
Het onderwerp kan ook op zichzelf al een soort van bevreemding in zich dragen.
Om u hier iets bij voor te stellen, denkt u best aan een aardappel die wel een aardappel is, maar door een extreem grillige vorm daar sterk van afwijkt (en bijvoorbeeld op een gezicht lijkt). De moeilijkheidsgraad voor de uitwerking van dit soort onderwerpen kan zelfs té groot zijn voor iedereen, of kan gewoon een slechte keuze zijn.
2. Moeilijkheidsgraad ten gevolge van de uitwerking van het onderwerp.
Het formaat, de schaal en graad van uitwerking.
Het formaat is een belangrijke factor.
Hoe groter men tekent, des moeilijker de tekening wordt.
Sommige materialen lenen zich beter voor grotere formaten: groot tekenen met grafietpotlood is een extra uitdaging, klein tekenen met krijt evenzeer.
De schaal waarin men werkt is een belangrijke factor.
Een tekening even groot als wat men ziet is gemakkelijker dan een vergroting of een verkleining van het waargenomene. Tekenen op schaal vormt dus een extra uitdaging.
Levensgroot tekenen (dus in dezelfde afmetingen als het reële onderwerp) is gemakkelijker dan het tekenen op schaal (als men bv. een menselijke figuur tekent echter, dan kunnen we terugvallen op de ware maten, maar vormt de grootte op zich een extra moeilijkheid).
De graad van afwerking van een tekening bepaalt mee de moeilijkheid en hier geldt ook dat hoe groter het formaat hoe moeilijker de uitwerking. De graad van afwerking van de aanzet wordt mee bepaald door de juistheid en de hoeveelheid van correctie die men maakt.
(Bij de graad van uitwerking hoort ook de hoeveelheid detail en materieweergave die men meeneemt in de uitwerking, maar dat is bij de aanzet minder aan de orde).
Voor wat betreft de aanzet moet men er van uitgaan dat er correcties moeten gemaakt worden. Dit heeft weinig of niets te maken met een goede tekenaar te zijn, dit werkt nu eenmaal zo. Het vergt moed en doorzettingsvermogen om correcties te maken en om in de aanzet al een gepaste graad van afwerking na te streven.
Voor de verdieping van de uitdaging “de aanzet” selecteren we uit de collectie van de Bargue prenten.
We lichten deze toe met de ideeën over de moeilijkheidsgraad op de projectpagina.
De link naar de projectpagina vind je hier